3.1.3 Actuele ontwikkelingen
Belastingmaatregelen coronacrisis
Om ondernemers die financieel getroffen worden door de coronacrisis te ondersteunen heeft het college ook in 2021 besloten tot een coulante inning van gemeentelijke belastingen voor ondernemers. Naast het hanteren van een invorderingsrente van 0% is besloten om in beginsel aan alle ondernemers de mogelijkheid te bieden om een betalingsregeling (van vier termijnen) aan te vragen of een verzoek in te dienen voor het treffen van een maatwerk betaalafspraak voor alle openstaande bedragen 2021. Met ondernemers die vorig jaar uitstel van betaling hebben aangevraagd en in 2021 nog steeds een openstaande schuld hadden, heeft het GBtwente namens de gemeente contact opgenomen. Met deze groep ondernemers is waar mogelijk een maatwerk betaalafspraak gemaakt voor de belastingaanslag(en) 2021.
Ten aanzien van de precariobelasting heeft het college medio mei besloten om voor de periode van 1 januari tot en met 30 april 2021 geen precariobelasting voor terrassen en alle overige precario-objecten te heffen. Gedurende deze periode hebben veel ondernemers hun bedrijf immers noodgedwongen moeten sluiten en hadden zij geen of sterk verminderd profijt van eventuele opstallen op gemeentegrond.
Coronacrisis en WOZ-waardering
Gemeenten moeten voor de WOZ-waardering rekening houden met de gevolgen van corona op de waarde van niet-woningen. In de Wet waardering onroerende zaken (Wet WOZ) is bepaald dat wanneer er sprake is van een bijzondere omstandigheid, zoals in dit geval de beperkende coronamaatregelen, de waarde bepaald dient te worden naar de staat van het object aan het begin van het kalenderjaar. Dit in afwijking van de standaard waarde peildatum die één jaar voor het begin van het kalenderjaar ligt, waarvoor de waarde wordt vastgesteld.
GBTwente, dat de WOZ-waardering voor de gemeente uitvoert, heeft daarom op basis van landelijke uitvoeringsrichtlijnen voor alle niet-woningen vastgesteld in hoeverre de coronamaatregelen van invloed zijn op de WOZ-waarde. Voor winkels, horeca, hotels en een aantal resterende incourante objecten is geconcludeerd dat (in de meeste gevallen) als gevolg van de bijzondere omstandigheid, de gebruiksmogelijkheden door de specifieke situatie ernstig belemmerd zijn en deze hebben geleid tot substantiële waardeverandering.
Gemiddeld genomen is er in 2021 een correctie toegepast van 5% voor de bijzondere omstandigheid als gevolg van corona. Hiermee ging een bedrag van afgerond 115.000 euro aan gederfde OZB-inkomsten gepaard.
Hervorming lokaal belastinggebied
De staatssecretaris van Financiën heeft op 18 mei 2020 het rapport ‘Bouwstenen voor een beter belastingstelsel’ aan de Tweede Kamer aangeboden. Het rapport bevat meerdere varianten en ondersteunt de door de VNG uitgesproken wens om te komen tot een uitbreiding van het gemeentelijke belastinggebied. In het regeerakkoord van het kabinet Rutte IV staat dat er in de komende jaren een nieuwe financieringssystematiek voor de periode na 2025 wordt uitgewerkt, waarbij de mogelijkheid voor een groter eigen belastinggebied wordt betrokken. Het doel, zo geeft het kabinet aan, is een stabielere financiering voor de medeoverheden te realiseren en hun autonomie te vergroten. Een uitbreiding van het lokaal belastinggebied lijkt er vooralsnog dus niet eerder dan in 2026 te komen.
De Omgevingswet en Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (WKB)
Met de beoogde inwerkingtreding van de Omgevingswet en de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb) per 1 januari 2023 gaat er veel veranderen. Het principe van legesheffing en ook de wettelijke grondslag voor het heffen van leges veranderen niet, maar de taak van de gemeente verandert wel, en ook het vergunningstraject en het bouwproces zullen anders gaan verlopen. De consequenties voor de inrichting van de organisatie, de gemeentelijke processen en ook de financiën zijn daarbij afhankelijk van de lokale ambities, beleidsinvulling en inrichtingskeuzes. Ook de legesverordening zal moeten worden aangepast. De VNG heeft hiervoor een modelverordening aan gemeenten ter beschikking gesteld.
Bezwaar en beroep bij kwijtschelding
Tegen beschikkingen over uitstel van betaling en kwijtschelding van belastingen is op dit moment alleen administratief beroep mogelijk. In de toekomst is in beide gevallen eerst bezwaar bij de invorderingsambtenaar mogelijk en is daarna de fiscale rechter bevoegd (rechtbank in eerste aanleg, gerechtshof in hoger beroep en Hoge Raad in cassatie). De Invorderingswet is hiervoor al eerder aangepast, voor inwerkingtreding is alleen nog een Koninklijk Besluit nodig. Het voorstel maakt onderdeel uit van de stroomlijning van de invorderingsregelgeving voor belastingschulden en toeslagschulden door de Belastingdienst. De Belastingdienst heeft aangegeven hier meer tijd voor nodig te hebben. Verwacht wordt dat de invoering pas na 2022 te realiseren is.
Bedrijveninvesteringszones (BIZ)
In 2021 is het traject om te komen tot een Bedrijveninvesteringszone (BIZ) voor ondernemers in de binnenstad afgerond. Naar aanleiding van de positieve draagvlakmeting is de BIZ-verordening op 1 januari 2022 formeel in werking getreden. Een reeds lang gekoesterde wens van veel ondernemers is daarmee in vervulling gegaan. Verder heeft de gemeenteraad de “Verordening Bedrijveninvesteringszone bedrijventerrein Bornsestraat 2022-2026 ” en de "Verordening Bedrijveninvesteringszone eigenaren binnenstad 2022-2026 " in 2021 vastgesteld. Ook de draagvlakmeting voor de invoering van een Bedrijveninvesteringszone Bornsestraat is in 2021 positief afgerond, waarmee deze BIZ een feit is. Voor de invoering van de BIZ voor eigenaren in de binnenstad bleek onlangs niet voldoende draagvlak onder eigenaren te zijn. Deze BIZ-verordening treedt daarmee niet in werking.